maandag 28 september 2015

Manuel Sintubin -Professor of Geodynamics in the Department of Earth and Environmental Sciences at the KU Leuven

(c) Manuel Sintubin
Kunt u in het kort beschrijven waar u zich mee bezig houdt? Mijn profiel is tweeledig, enerzijds ben ik geoloog en anderzijds ben ik professor, onderzoeker en lesgever. Beide aspecten komen wel aan bod. De jeugd moet zich realiseren dat als ze uitsluitend prof willen worden, dit bijna uitgesloten is in Belgische context, gewoon omdat er niet genoeg middelen zijn. Het omvat een vrij breed spectrum: onderzoek, lesgeven, dienstverlening met wetenschapscommunicatie, intern en extern.


Wie of wat heeft u geïnspireerd? Bij mij zit er een tamelijk klassiek patroon in, dat de meesten onder ons wel zullen herkennen. Ik ben altijd al geïnteresseerd geweest in natuurwetenschappen en in het heelal. Ook in techniek, met bijvoorbeeld de zoektocht naar de elementaire deeltjes of kernfusie, dat tijdens mijn jeugd ‘hot’ was. Verder heb ik ook heel veel gereisd met mijn ouders, voornamelijk in Europa. Het eerste wat me daar interesseerde was Italië, Rome en de oude Romeinse cultuur en het eerste wat je dan denkt is: ik wil archeoloog worden. Een soort Indiana Jones, dat heeft heel lang geduurd. De jaren nadien verder rondgetrokken in Italië, dan Pompeii bezocht en de Vesuvius, dan de Etna, de vulkanen, mineralen en gesteenten verzamelen. Zo is het geleidelijk aan verschoven en is het geologie geworden.


Na mijn opleiding geologie ben ik van het een in het ander gerold, er zitten altijd wendingen in die je niet onder controle hebt. Van post-doctoraat heb ik via alle stappen aan de universiteit, mijn loopbaan uitgebouwd van professor, onderzoeker binnen structurele geologie. We hebben veel onderzoek gedaan. De cirkel gaat rond: je hebt het Sagalassosproject, de bekende archeologische site in Turkije, de opgravingsdirecteur vraagt me om eens naar de site te komen, want hij vermoedde dat er aardbevingen de geschiedenis van de stad zouden gekleurd hebben. Dat is de serendipiteit wat in je loopbaan en onderzoek zit, het was een vrij nieuwe discipline: archeoseismologie; de studie van aardbevingen in archeologische omgevingen, in oude gebouwen. Zo ben ik ook geïnteresseerd geraakt in aardbevingen en in de relatie tussen aardbevingen en de mens en zijn cultuur en geschiedenis. Zo stelt zich de vraag: hoe ga je om met aardbevingen en de sociologie erachter en de psychologie. Met het gevolg dat ik hier enorm bij betrokken ben, bijvoorbeeld rond de discussies rond aardbevingen in Groningen. Ik speel daar mijn rol als wetenschapper in de maatschappelijke discussies. Wat onze job zo boeiend maakt is de diversiteit: je kunt heel veel aandacht besteden aan onderzoek maar je hebt ook de onderwijspoot en de dienstverleningspoot met wetenschapscommunicatie en 'policy making', je hebt een enorm spectrum met heel veel communicatie.


Wat zouden we moeten verbeteren in België? Wat mijn 'dada' is, al heel lang is het wetenschapsonderwijs : de ervaringen met kinderuniversiteit, met dag van de wetenschap, de Vlaamse wetenschapsweek. Ik ben lang de academisch coördinator geweest aan de KU Leuven. In de discussie met de overheid ben ik ook pleitbezorger geweest van de organisatie van de dag van de wetenschap, die nu sinds 3 jaar georganiseerd wordt. Wat ik van in het begin ervaren heb in dit traject en in de huidige STEM discussie: als je met kinderen bezig bent zijn dit van nature wetenschappers, die stellen voortdurend 'waarom' vragen. Er gebeurt echter iets op humaniora niveau waardoor die interesse verdwijnt. Dit is mijn ervaring en dat maakt dat de instroom naar wetenschappen beperkt.


Persoonlijk vind ik dat aardwetenschappen de beste wetenschap is, wel het belangrijkste, het interessants, er is voortdurend een wisselwerking tussen verschillende domeinen. Soms houden we ons bezig met fysische geografie, fysica dus, kristallen, dat is fysica, soms met chemie, met het metabolische organische, mineralen, dus ook anorganische chemie, met de mens, dus sociale geografie. Er komt veel aan bod. Dan zie je alle wisselwerkingen, Ik heb er nog geen seconde spijt van, ook als je op reis gaat, bekijk je de wereld op een andere manier; dat is plezant.



(c) Manuel Sintubin

dinsdag 8 september 2015

Jan Raes, algemeen directeur van het Koninklijk Concertgebouworkest in Amsterdam

 
Als ik binnenkom in het bureel van Jan Raes, kijken een honderdtal musici me aan, van op de foto aan de muur: het Koninklijk Concertgebouworkest van Amsterdam. Jan is de algemeen directeur en ik vraag me af waaruit zijn taken bestaan en welke troeven je moet bezitten om zo'n grote groep van een 200-tal personen te leiden (orkest en administratief personeel).

 Kunt u in het kort iets vertellen over uw loopbaan hier? Al 7 jaar ben ik eindverantwoordelijke voor het artistiek en zakelijk beleid van het orkest. En dit samen met mijn staf. De kerntaak is natuurlijk het orkest zelf, dat telt 120 leden. Maar er is ook een staf van 50 mensen, die geen muziek spelen.. Het orkest van Amsterdam hoort bij de oudste orkesten ter wereld, ontstaan in 1888.
Samen met mijn directe medewerkers van de artistieke afdeling bedenken we onze dromen. We spelen een 120 concerten per jaar, een 80-tal in Amsterdam, en gemiddeld 35 tot 40 in het buitenland.


Het is een proces van programmeren en plannen. We moeten zorgen dat de kwaliteit van het orkest zo goed mogelijk is, zodat we in het buitenland uitgenodigd worden.


Mijn belangrijkste taak is ervoor zorgen dat alle afdelingen goed functioneren. We brengen muziek van de laatste 280 jaar. Ik coördineer die managers, die elk een afdeling leiden, en woon 3 kwart van de concerten bij. Op tournee probeer ik er altijd bij te zijn. Dat betekent gesprekken met sponsors, met gasten, ik geef inleidingen, ik heb gesprekken met de ministers over de subsidierondes en nog veel meer.


Er wordt ook veel vooraf gepland, we plannen nu al wat we in 2017 gaan doen of in 2018. Mijn taak is vooral strategisch bezig zijn en het dan concretiseren. Het is een veelzijdig beroep met heel veel bevlogen mensen. Het is een passie en er is heel weinig routine en die wil ik er ook uithouden. Dat maakt het verschil : een bijzonder orkest is altijd goed, er is geen routine.


Wat zijn de toekomstplannen? Voor 2020 dan? De grote lijnen zijn al tot 2020 vastgelegd.
Nu plannen we een groot project voor 2016 – 2018 waarover ik nog niets mag zeggen. Het creëert een punt aan de horizon. Wat ga je spelen in Azië, in China, waar 40 miljoen mensen professioneel piano spelen. De zalen zitten er vol. Elke maand opent er een concertzaal in China. Daar zit nog groei. Brazilië, waar we ook geweest zijn, is booming terwijl in Europa de klassieke muziek zich moet herbronnen en er binnen 10 jaar waarschijnlijk niet zo veel orkesten meer zullen zijn. Het muzisch onderwijs in de dagscholen moet absoluut prioriteit krijgen. Ook om maatschappelijke redenen. Het is niet zo gemakkelijk maar in sommige streken is er wel degelijk groei. De wereldtournee van 2013 is een groot succes geweest, er is zelfs een bioscoopfilm over gemaakt.


Ik vermoed dat u reeds van jongs af aan met muziek bezig was? Ja, ik ben opgegroeid in een gezin waar mijn moeder goed piano speelde, en conservatorium liep. Tussen haar broers zat er een professionele violist/pedagoog bij. Mijn vader heeft zijn loopbaan in de zakenwereld uitgebouwd en had niets met muziek te maken. Hij is financieel expert geworden. Zijn hart lag wel bij muziek en geschiedenis. Ik heb gevoel voor muziek gekregen via mijn moeder en oom. We hebben thuis altijd naar muziek geluisterd, we gingen altijd mee naar concerten. Onze vakanties waren gevuld met musea, kerken en kloosters, dat is wel vormend. Op die manier krijg je een mix mee.


Heb je een boodschap voor de jeugd? Reis zo veel als je kan. Studeer ook filosofie of geschiedenis. Alles heeft ooit een plek. Ik heb ook nooit management of public relations gestudeerd. Ik was musicus en ik heb onderweg geleerd. Je moet eigenlijk heel je leven blijven leren. Hou contact met andere mensen, met andere culturen. Talent is belangrijk, maar je moet hard werken. Persoonlijkheidsstructuur is belangrijker dan diploma's. Durf! De gemiddelde Belg is te bang, te bescheiden.


Bent u fier om belg te zijn? Ik reis veel en ik werk al lang in het buitenland, maar ik woon nog in Antwerpen. Ik kom in heel veel landen. Belg? Daar denk ik niet over, maar ik voel wel dat ik Belg ben als ik in het buitenland ben. Een aantal dingen is echt ingeworteld: gewoontes, eten en drinken. Je ziet ook al die andere gedragsculturen, maar ik ben geen nationalist. Ik hou van België omdat het zo'n surrealistische constructie was in 1830, die ons creatief maakt, flexibel en soepel. Het is niet voor niets dat we goede schilders hebben zoals Magritte, Delvaux, en goede strips en nog veel meer. Internationaal zijn we heel breed inzetbaar, ook qua talen. Ik ben pro Europa, maar dat betekent niet dat ik tegen Azië ben, maar ik geloof wel in een inspirerende interculturaliteit, in Europa. Het is verrijkend om in zo'n land als België te mogen wonen.


Wat zou er nog kunnen verbeterd worden ? Ik zou nog meer innovatie, durf en ondernemingsschap, en meertaligheid in het onderwijs willen inbrengen. De lagere school kan reeds 2-talig zijn. Meer muzische vakken, actief dan: drama, toneel of dans,...van de lagere school tot je 18 bent. Later, in het hoger of universitair onderwijs, kunnen ook bredere vakken zoals filosofie of maatschappijleer aangesneden worden. Dat heb je in het leven nodig, en in je beroep. Niet alleen specialisten, maar ook generalisten zijn broodnodig. Zelfs voor minder getalenteerden is het verrijkend om samen toneel of muziek te beoefenen. Het verbetert je enorm als mens om samen te spelen, je creativiteit te ontwikkelen, het verrijkt je emotioneel en het vergroot je empathie, omdat je kunt samenwerken met anderen, ook als die een andere taal spreekt, het scherpt je denken. Zelfrespect krijgen is belangrijk en dat ontstaat als je iets kunt, waardoor je dan weer beter omgaat met de anderen.


We leven in een tijd van desintegratie: mensen maken steeds minder deel uit van een gemeenschap. Vroeger hadden we fanfares, meer verenigingsleven, nu worden mensen eenzamer. Deel uitmaken van een community is belangrijk voor je mentale gezondheid. Muziek is hiervoor een belangrijk instrument. In Europa moet cultuur en actief deelnemen aan kunst en cultuur, een veel belangrijker agenda-punt worden. Er is geen enkel ander continent, dat zo rijk en verscheiden is als Europa.